Windhoek

Als je het historische pad van Namibië naar de late onafhankelijkheid in 1990 van dichterbij wil bekijken, kun je het Independence Memorial Museum bezoeken, dat is gevestigd in een imposant modernistisch gebouw in het voormalige koloniale hart van Windhoek. Het museum is ontworpen door een Noord-Koreaans bouwbedrijf dat betrokken was bij meerdere bouwprojecten in heel Afrika, vandaar de socialistische esthetiek. Het panoramische restaurant op de bovenste verdieping is een pitstop waard.

Op een half uur rijden van de Namibische hoofdstad is het Daan Viljoen Game Reserve moeilijk te overtreffen als je op zoek bent naar spectaculaire natuur en wilde dieren. De uitgestrekte gebieden worden bewoond door inheemse dieren zoals zebra's en antilopen, samen met een paar honderd inheemse vogelsoorten. Het park is een uitstekend toevluchtsoord om te picknicken en te wandelen.

Het oudste nog bestaande gebouw van de Namibische hoofdstad werd oorspronkelijk gebouwd om de Duitse koloniale troepen te huisvesten aan het einde van de 19e eeuw en werd later een museum voor de onafhankelijkheidsstrijd van Namibië, maar ook een historische bezienswaardigheid op zich. Het controversiële Reiterdenkmal, een vermeend symbool van Duitse dominantie in de regio, is verplaatst van zijn oorspronkelijke plek tegenover de Christuskirche naar het erf van Alte Feste voor opslag. De binnenruimte is sinds medio 2019 gesloten voor publiek; enkele exposities uit oorlogstijd worden aan de voorkant tentoongesteld.

Het in Duitsland gebouwde treinstation van Windhoek bevat een merkwaardig museum met oude spoorwegmemorabilia en verouderd materieel, en draagt nog steeds Fraktur-lettertypen op borden voor binnen en buiten. Net buiten het station staan originele locomotieven uit de 19e eeuw tentoongesteld.

Een reis naar Namibië is niet compleet zonder een aanzienlijke hoeveelheid tijd te besteden aan de oude woestijngebieden van de Namib, bekend om zijn indrukwekkende zandduinen en wonderlijke, dorre landschappen. In het park zijn twee aangrenzende valleien van Sossusvlei en Deadvlei een belangrijke toeristische trekpleister (dode bomen die dramatisch oprijzen uit de witte kleiaarde van laatstgenoemde zijn het onderwerp geweest van veel fotografisch onderzoek), en met 80 meter hoogte is Dune 45 het gemakkelijkst te bereiken vanaf de Sesriem-poort.

Dit afgelegen deel van het land is alleen toegankelijk via de lucht en staat erom bekend dat zowel dieren als mensen het leven hebben gekost (vandaar de macabere naam). Er liggen nog steeds walviskarkassen langs de kust, die een grimmige herinnering zijn aan de eens zo bloeiende walvisindustrie. Eén van de grootste “attracties” hier is de Dunedin Star, een Brits schip dat in de jaren 40 is vergaan. Bij Kaap Kruis verandert het landschap: deze levendige oase wordt bewoond door honderden zeehonden en zeeleeuwen die joviaal aan het water dartelen.